Kamerleden Siderius (SP) en Ypma (PvdA) hebben Kamervragen gesteld over de examenvorm in het voortgezet speciaal onderwijs. Zo zouden de cijfers van de leerlingen die zij gedurende het examenjaar behaald hebben, niet meetellen voor het eindexamencijfer. Ook zou het mondelinge college-examen de helft van het eindexamencijfer bepalen. Staatssecretaris Dekker van Onderwijs maakt in de beantwoording duidelijk dat het allemaal afhankelijk is welk examenmodaliteit de school heeft gekozen.
Scholen in het voortgezet speciaal onderwijs kunnen zelf kiezen uit verschillende examenmodaliteiten om leerlingen met het profiel uitstroomonderwijs het eindexamen af te laten leggen. Zo kunnen scholen zelf examens afnemen met een examenlicentie. De leerlingen maken dan examens op dezelfde manier als in het reguliere voortgezet onderwijs. Scholen kunnen er ook voor kiezen om een samenwerking aan te gaan met een reguliere middelbare school. Hierbij kunnen de leerlingen als 'extraneus' deelnemen aan het examen op een reguliere middelbare school in de buurt. Vaak volgen de leerlingen dan ook een deel van het onderwijsprogramma op die school.
Tot slot kunnen scholen kiezen voor het staatsexamen. Bij deze examenmodaliteit bepaalt het resultaat op het college-examen de helft van het eindexamencijfer. De meeste scholen voor voortgezet speciaal onderwijs maken hier gebruik van. Dit examen bestaat uit twee onderdelen: het centraal schriftelijk examen en een college-examen. Het college-examen bestaat meestal uit een mondeling examen dat soms is aangevuld met een schriftelijk onderdeel. Bij de afname van het college-examen wordt rekening gehouden met de mogelijkheden van de kandidaat. Het uitgangspunt is maatwerk door rekening te houden met de beperking van de kandidaat. Daarnaast kan het CvTE toestaan, op grond van gemotiveerde redenen, dat een examen geheel of gedeeltelijk wordt afgelegd op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van die kandidaat.
Volgens Dekker zijn er dus inderdaad verschillen als het aankomt op de afname van het schoolexamen, maar zijn deze volgens de staatssecretaris in het voordeel van de kandidaten in plaats van in hun nadeel. Dekker is van mening dat de examinering voor leerlingen in het voortgezet speciaal onderwijs goed geregeld is en is daarom niet van plan om onderzoek te doen naar een manier om de huidige systematiek meer redelijk te maken.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids