Nederland loopt in vergelijking met de rest van de landen binnen de Europese Unie achter als het gaat om het aantal vrouwelijke hoogleraren. Alleen Litouwen, Tsjechië en Cyprus hebben er nog minder. Dat schrijft minister Bussemaker van Onderwijs in een brief aan de Tweede Kamer, meldt De Telegraaf.
De bewindsvrouw wil dat op universiteiten dertig procent van de hoogleraren vrouwelijk zijn, net als in het bestuur van de onderwijsinstellingen. "Ook blijkt het salaris van vrouwelijke wetenschappers nog steeds lager te zijn dan dat van hun mannelijke collega's in vergelijkbare posities, terwijl ze hetzelfde werk doen", schrijft Bussemaker
De minister laat daarnaast weten dat de vrouwelijke hoogleraren ook nog eens ijveriger zijn. "Opmerkelijk signaal is ook dat vrouwen die wél de top bereiken, veelal meer werken dan mannen." Verandert er niets, dan duurt het nog veertig jaar voordat er net zoveel vrouwelijke als mannelijke hoogleraar zijn. “En er zijn geen argumenten om ons daarbij neer te leggen”, aldus Bussemaker.
© Nationale Onderwijsgids
