Onderzoek naar afstand tot de Maan door team van aardwetenschappers

In een traag tempo verwijdert de Maan zich van de Aarde en draait de Aarde steeds langzamer om haar eigen as. Om iets te kunnen zeggen over deze veranderingen in het verre verleden gebruiken geologen informatie die is vastgelegd in het gesteente en in fossielen. Maar hoe verder ze terug kijken in de tijd, hoe lastiger het wordt om die informatie te achterhalen. Een internationaal team van aardwetenschappers is er nu in geslaagd om de afstand tot de Maan 2,46 miljard jaar geleden nauwkeurig te bepalen aan de hand van zogeheten Milankovitch-cycli. Dat is meer dan een miljard jaar eerder dan tot nu toe bekend was. Dat meldt de Universiteit Utrecht. 

Het team van wetenschappers, verbonden aan de Universiteit Utrecht, de Universiteit van Genève en de Universiteit van Quebec in Montreal, onderzocht hiervoor een zeer oud type van sedimentair gesteente in West-Australië, de zogenaamde ‘banded iron formations’ of gestreepte ijzerformaties. In deze formaties troffen zij regelmatige patronen aan van afwisselend ijzerrijke en meer klei-houdende lagen. Dit karakteristieke patroon hangt volgens de onderzoekers samen met periodieke veranderingen in de vorm van de Aardbaan en de stand van de Aardas in het verleden. Deze beïnvloedden op hun beurt de hoeveelheid instraling van de zon die de Aarde ontving (de zogenaamde Milankovitch-cycli) en daarmee dus ook het klimaat, en het zijn die klimaatschommelingen die vervolgens als regelmatige patronen zijn vastgelegd in het gesteentearchief. Maar dat kenmerkende patroon van de gesteentelagen veranderde ook nog eens langzaam door de tijd heen. Deze langzamere verschuiving is het directe gevolg van de zogenaamde ‘getijdenevolutie’ van het Aarde-Maansysteem, en is daarmee dus ook gekoppeld aan de afstand tussen de Aarde en Maan in het verleden, aldus aardwetenschapper Margriet Lantink van de Universiteit Utrecht.

Ellips 

Door het patroon nauwkeurig te bepalen met behulp van gedetailleerde analyses van het gesteente kon ze reconstrueren hoe ver de Aarde en Maan destijds uit elkaar stonden. “Nu bedraagt die afstand zo’n 384.400 kilometer. Gemiddeld dan, want de Maan beschrijft geen volmaakte cirkel rondom de Aarde, maar een ellips. Voor de onderzochte periode was die afstand een stuk kleiner: gemiddeld zo’n 321.800 kilometer.” Deze afstand komt overeen met de uitkomsten van verbeterde modellen die Franse astronomen onlangs hebben opgesteld voor de geschiedenis van het Aarde-Maan-systeem. “Belangrijk is verder dat onze interpretatie van de patronen in de gesteentelagen in termen van de Milankovitch-cycli bevestigd wordt door uranium-looddateringen van vulkanische mineralen afkomstig uit het gesteentepakket.”

Klimaatverandering 

De Aarde is in de loop van de tijd ook langzamer om haar eigen as gaan draaien. Ook dat was al bekend, maar Lantink heeft nu kunnen berekenen hoe lang een dag op de vroege Aarde duurde: niet 24 maar een kleine 17 uur. Eerder al toonde ze aan, in samenwerking met Zwitserse collega’s, dat het klimaat op Aarde 2,5 miljard jaar geleden regelmatige veranderingen onderging als gevolg van de periodieke schommelingen in de vorm van de Aardbaan. De huidige klimaatverandering heeft overigens geen astronomische oorzaak, verduidelijkt Lantink voor de zekerheid: deze speelt zich op veel kortere tijdschalen af en wij zijn er zelf verantwoordelijk voor.

Door: Nationale Onderwijsgids
Beeld: Greg Jack