Elke generatie heeft zo zijn eigen problemen. Alleen, waarom ervaart Gen Z meer stress dan gemiddeld? Groeit die generatie op in een wereld die harder en enger is dan vroeger, of speelt er iets anders? Dat meldt Pointer.
Jos Ahlers, gepromoveerd in de sociale psychologie, doet al jaren onderzoek naar generatie Z. Die generatie is geboren tussen 1995 en 2012. “Het aantal aanvragen bij de jeugd-GGZ is spectaculair toegenomen de laatste jaren. De cijfers waarin jongeren aangeven hoe gelukkig ze zijn, dalen voor het eerst in decennia.”
Falen mag niet
Het grote verschil met generaties voor hen, Gen Z-ers zijn opgevoed door de zogenaamde curlingouders. Dat zijn ouders die extreem beschermend zijn over hun kinderen. De kinderen mogen bij wijze van spreken niet falen en dat leren ze dus ook niet. “Maar als je niet faalt, leer je ook niet hoe je hier mee om moet gaan. Als je nooit mag vallen, leer je niet hoe je op moet staan”, zegt Ahlers.
De ouders van nu hebben in de jaren tachtig zelf een lastige start gehad en dat wensen ze niet voor hun kinderen. Ook speelt het internet een belangrijke rol. “De vorige generaties faalden vaak buiten het zicht van hun vaders en moeders. Deze ouders zien alles en weten alles.”
Digitale wereld
Gen Z is de eerste generatie die alleen een wereld kent met internet en sociale media. Zij zijn digitaal opgegroeid en kunnen zich een wereld zonder digitale middelen niet voorstellen. “Jongeren managen hun leven via sociale media. Nieuws, amusement, zelfs school gaat via de app.”
Psychisch label
De jongeren van Gen Z hebben ook nog eens vaak een psychisch label zoals autisme, ADHD of een depressie. “Jongeren vragen makkelijker en sneller om hulp als het niet goed gaat. Dat taboe is er voor een deel dus af. In combinatie met een grote druk leidt dat tot een sprong aan hulpvragen.” En als je dan ook nog eens curlingouders hebt die graag op school willen uitleggen waarom het kind iets minder goed meekomt. Dat is de manier hoe jongeren nu opgevoed worden, op zo’n manier dat je problemen probeert te voorkomen.
Door: Nationale Onderwijsgids / Femke van Arendonk