Het hebben van een hond, kat of ander huisdier blijkt een positieve invloed te hebben op de sociale vaardigheden en assertiviteit van autistische kinderen. Als er een huisdier aanwezig is in een sociale omgeving zoals bijvoorbeeld een klaslokaal, zullen autistische kinderen sneller met elkaar gaan praten. Dat hebben Amerikaanse onderzoekers van de universiteit van Missouri aangetoond, zo meldt Scientias.
NOG
'Autistische kinderen sneller in gesprek bij aanwezigheid huisdier in klas'
-Volgens onderzoeker Gretchen Carlisle zijn er verschillen te zien tussen de sociale vaardigheden van autistische kinderen met een hond en die van kinderen zonder hond. Carlisle ondervroeg zeventig gezinnen met autistische kinderen in de leeftijd van acht tot achttien jaar. Hieruit kwam naar voren dat niet alleen honden een positieve invloed hebben op de sociale vaardigheden van hun baasjes, maar dat ook andere huisdieren eraan bijdragen dat kinderen meer openstaan voor interactie met anderen. Voor de bezitters van een huisdier blijkt het bijvoorbeeld makkelijker om zich voor te stellen, informatie te vragen of vragen te beantwoorden.
Over het algemeen worden huisdieren gezien als een sociaal ‘smeermiddel’. Als er een huisdier aanwezig is in een sociale omgeving zoals bijvoorbeeld een klaslokaal, zullen kinderen sneller met elkaar gaan praten. Dit geldt ook voor autistische kinderen. Carlisle denkt dat de sociale vaardigheden van kinderen verbeteren naarmate zij langer een huisdier hebben. Ook zouden kinderen zich meer verbonden voelen met kleinere huisdieren dan met grote honden.
© Nationale Onderwijsgids