Het Dierdonorcodicil is ingevoerd in april 2010 en na een pilot periode van twee jaar door Proefdiervrij, Universiteit Utrecht en de aangesloten dierenartspraktijken positief geëvalueerd met een dikke voldoende. Tot op heden zijn 301 dieren verworven om het aantal proefdieren in het onderwijs terug te dringen.

Marja Zuidgeest, directeur Proefdiervrij: ‘Dit is een mooi resultaat, waar we trots op kunnen zijn. Daarnaast zijn we blij dat de aangesloten dierenartspraktijken, die een belangrijke bemiddelende rol vervullen tussen huisdiereigenaren en de Universiteit van Utrecht, het Dierdonorcodicil gemiddeld met een 7 beoordelen.’

Aandachtspunten

Dierenartsen geven aan dat zij tevreden zijn over de pilot, maar benoemen ook mogelijke verbeterpunten. Deze hebben betrekking op het vervoer van dieren van de dierenartspraktijk naar de universiteit en de acceptatie van dieren door de universiteit.

Proefdiervrij heeft deze feedback ter harte genomen. De stichting is in samenwerking met de Universiteit van Utrecht bezig om de suggesties om te zetten in concrete vervolgstappen, zodat het Dierdonorcodicil in 2013 landelijk kan worden geïntroduceerd.

Dierdonorcodicil

Het Dierdonorcodicil is ontwikkeld om het aantal dierproeven in het onderwijs terug te dringen. Voor studies als (dier)geneeskunde, biologie, tandheelkunde, biomedische wetenschappen worden door de hogescholen en universiteiten proefdieren gebruikt in de practica. De proefdieren die hiervoor worden gebruikt, worden hiervoor speciaal gefokt en gedood. Dit aantal kan worden teruggedrongen door onder andere het Dierdonorcodicil.

Alleen al bij de Universiteit Utrecht worden voor de studies biomedische wetenschappen en diergeneeskunde 340 proefdieren per jaar gebruikt om deze practica uit te voeren. Proefdiervrij heeft daarom samen met de Universiteit Utrecht het Dierdonorcodicil opgezet. Met het Dierdonorcodicil kunnen huisdiereigenaren hun overleden huisdier afstaan aan het onderwijs.

© Nationale Onderwijsgids / Isabella van der Donk