Nederland is in 2016 voor het eerst leidend in Europa op het gebied van innovatie. Samen met Denemarken, Duitsland, Finland en Zweden, vormt Nederland de kopgroep van landen die minimaal twintig procent boven het Europese gemiddelde scoren op 25 indicatoren voor innovatiekracht. Dit stelt het gezaghebbende European Innovation Scoreboard 2016 dat vandaag is gepubliceerd door de Europese Commissie. Dat meldt Rijksoverheid.
Minister Kamp van Economische Zaken: “De verbeterde score bewijst de werking van het kabinetsbeleid om onze kenniseconomie te versterken. Hierin investeren is belangrijk, omdat innovatie de komende decennia de motor is van onze concurrentiekracht en economische groei. Innovatieleider blijven we niet zomaar. Bedrijven, kennisinstellingen en overheden moeten de komende jaren extra investeren in onderzoek en ontwikkeling om de positie van Nederland als sterk innovatieland te handhaven.”
De Europese Commissie kijkt bij het opstellen van de lijst naar de voor innovatie benodigde randvoorwaarden in zowel het bedrijfsleven als de publieke sector. Er wordt in totaal op 25 indicatoren getoetst. Nederland is voor het eerst innovatieleider in plaats van innovatievolger, onder andere omdat er volgens het rapport vooruitgang is geboekt bij de hoeveelheid private investeringen in onderzoek en ontwikkeling. Ook wordt in toenemende mate onderzoek daadwerkelijk door het bedrijfsleven omgezet in producten en diensten en is het aantal hoger opgeleiden in Nederland gegroeid.
Nederland scoorde traditioneel al goed op het European Innovation Scoreboard (EIS) bij de kwaliteit van de wetenschappelijke publicaties, het aandeel van het MKB in innovatie en de goede samenwerking tussen de publieke en de private sector. Het EIS vergelijkt elk jaar de onderzoek- en innovatieprestaties van de 28 lidstaten van de Europese Unie. Daarnaast analyseert het rapport de relatieve sterktes en zwaktes van de onderzoeks- en innovatiesystemen. Op deze manier geeft het scorebord de lidstaten inzicht in waar zij hun innovatieprestaties kunnen verbeteren.
Het ministerie van Economische Zaken stimuleert publiek-private samenwerking en stelt zowel kennis als middelen beschikbaar voor onderzoek en ontwikkeling. Ook droeg het kabinet via het Toekomstfondskrediet voor Onderzoeksfaciliteiten 40 miljoen euro bij aan tien toonaangevende onderzoeksprojecten. Hierin investeren bedrijfsleven, kennisinstellingen en overheid gezamenlijk 134 miljoen euro.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids