Normal_normal_copyright_stockfreeimages_student_huiswerk_stapel_boeken_leren_lezen

Staatssecretaris Dekker van Onderwijs is tevreden over de effecten van de Wet Goedkope Schoolboeken (WGS). De kosten per leerling voor schoolboeken en ander lesmateriaal blijven sinds de invoering van de wet constant. Dat blijkt uit de brief die de staatssecretaris schreef aan de kamer over de belangrijkste bevindingen uit een evaluatie van de WGS. Scholen zeggen daarentegen nog steeds te maken te hebben met stijgende kosten voor leermiddelen. Vooral de kosten voor digitale leermiddelen, zoals tablets of een digibord, zorgen voor problemen. Dit melden de VO Raad en de Algemene Vereniging Schoolleiders (AVS).

De WGS werd in 2008 ingevoerd. De wet heeft als doel de schoolkosten voor ouders met kinderen in het voortgezet onderwijs te beperken en de marktwerking op de leermiddelenmarkt te verbeteren. De effecten van de wet zijn positief, “maar we zijn er nog niet”, schrijft Dekker in zijn brief.

Zo is hij niet blij met de ontwikkeling dat het lumpsumbedrag dat vanuit de overheid beschikbaar is gesteld voor lesmaterialen nu als richtprijs is gaan dienen, zowel voor de scholen als de aanbieders. Dit kan een vrije prijsvorming in de weg staan, vreest Dekker. Hij benadrukt dat scholen nu al de ruimte hebben om het geld naar eigen inzicht en prioriteiten te besteden. Om de vrije prijsvorming verder te bevorderen heeft de staatssecretaris besloten om het label, dat nu nog aan het lumpsumbedrag voor lesmateriaal hangt, te schrappen.

Verder wil de staatssecretaris dat scholen alert blijven om de schoolkosten voor ouders betaalbaar te houden. Ook wil hij onderzoeken op welke wijze de transparantie over het aanbod van lesmateriaal bevorderd kan worden. Een beter overzicht van het aanbod, biedt leraren meer keuzevrijheid en flexibiliteit en helpt om de inkoopfunctie van scholen verder te professionaliseren, meent Dekker.

Door: Redactie Nationale Onderwijsgids