Het kabinet trekt vanaf 2017 elk jaar 100 miljoen euro extra uit voor zaken als contributie voor een sportclub, dansles en een schoolreisje voor kinderen waarvan de ouders dit niet zelf kunnen betalen. Het geld is er; nu is het zaak er voor te zorgen dat alle kinderen die het nodig hebben worden bereikt en dat zij krijgen waar ze behoefte aan hebben. Dat meldt het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.
Elk kind moet met zijn leeftijdsgenoten mee kunnen doen. Ook als er thuis weinig te besteden is. Een kind moet de kans hebben om zijn verjaardag te vieren, te genieten van het maken van muziek, te leren winnen en verliezen op het sportveld en leuke dingen te doen in de zomervakantie. Om hier voor te zorgen worden vrijdag belangrijke afspraken gemaakt. Dan ondertekenen staatssecretaris Klijnsma van Sociale Zaken namens het kabinet en commissievoorzitter Arjan Vliegenthart namens de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) bestuurlijke afspraken over de ambitie om alle kinderen in Nederland mee te kunnen laten doen.
Gemeenten hebben de regie in het armoedebeleid en hebben daarbij aandacht voor de positie van kinderen. In veel gemeenten zijn stichtingen en fondsen een belangrijke partner om kinderen die in een arm gezin opgroeien mee te laten doen. Samen met onder meer scholen en centra voor jeugd en gezin ondersteunen zij gemeenten in het bereiken van de kinderen. Vijf organisaties die zich specifiek op deze kinderen richten slaan de handen ineen en bieden vrijdag hun plan aan.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids