Kritiek op grote klassen middelbare school
Uit een enquête van de Algemene Onderwijsbond onder leraren kwam naar voren dat volgens hen de ideale groepsgrote op de middelbare school 22 is (Enquête Meesterlijk Onderwijs, AOb). De meeste klassen hebben nu echter gemiddeld 28 leerlingen. Op de havo bij de verplichte vakken als Nederlands en Engels zijn de klassen het grootst. Een veel gehoord kritiekpunt van leraren op deze ‘monsterklassen’ is dat het in zo’n klas onmogelijk is om goed les te geven. Zeker aan leerlingen die wat extra aandacht nodig hebben. Daarnaast veroorzaken grote klassen ook nog eens én hogere werkdruk voor docenten én moeten ze meer schoolwerk nakijken.
De ervaringen van leerlingen
We weten nu hoe leraren grote groepen ervaren, maar hoe zit dat eigenlijk bij leerlingen? Veel leerlingen die in een grote klas zitten hebben het gevoel dat ze niet genoeg individuele aandacht van hun leraar krijgen en ze geven aan snel afgeleid te zijn. Ook worden ze niet goed geholpen als ze een onvoldoende staan, vertragen zwakke leerlingen de lessen en kennen leraren de leerlingen amper persoonlijk. Er zijn zelfs docenten die niet eens de naam weten van de kinderen in hun klas. Uit een enquête onder scholieren blijkt dat onder leerlingen weinig positieve geluiden te vinden zijn over grote klassen, klik
hier voor de enquête.
Kwaliteit van het onderwijs
Hoewel er dus verschillende nadelen zitten aan grote klassen, is volgens de overheid gebleken dat op veel scholen de kwaliteit van het onderwijs niet in het geding komt. Scholen mogen zelf bepalen hoe groot de klassen zijn. Ze kunnen verder ook nog rekening houden met de docenten die ze voor een klas zetten. Een ervaren leerkracht met een gemotiveerde groep leerlingen kan beter een grote klas aan dan een beginnende docent met een chaotische groep. Uit onderzoek van de overheid blijkt dat scholen over het algemeen verantwoorde keuzes maken, die de kwaliteit van het onderwijs niet in het gevaar brengen. Voordelen van grote klassen lijken er echter niet te zijn voor docenten en leerlingen.
Kortom, grote klassen lijken door de bezuinigingen in het onderwijs steeds vaker voor te komen. Zowel docenten als leerlingen hebben het idee dat de kwaliteit van het onderwijs hierdoor achter uit gaat. Leraren kunnen te weinig persoonlijke aandacht geven en de werkdruk gaat voor hen omhoog. Volgens de overheid komt de kwaliteit van het onderwijs echter niet in het gevaar, omdat scholen zelf kunnen bepalen welke docenten ze voor een klas zetten.
Zit uw kind in een grote klas? Wat is uw mening hierover? Laat uw reactie hier achter.