Nog even over die schoolmethodes. Op 9 oktober beschreef Maarten Dallinga in de NRC hoe een effectieve lobby van (met name christelijk) orthodoxe belangenorganisaties ervoor zorgt dat uitgeverijen van lesmethodes mogelijk gevoelige onderwerpen vermijden. Denk aan voorbeelden of illustraties waar wereldse onderwerpen als kermis, tatoeages, make-up, korte rokjes en zelfs dinosaurussen niet in mogen worden gebruikt. De reden dat uitgeverijen hier gevoelig voor zijn is dat op deze manier de potentiële vraag naar hun methodes wordt verbreed en dus meer omzet en winst kan worden gemaakt.
Door Vereniging Openbaar Onderwijs (VOO)
De ophef die aansluitend ontstond was vrij algemeen en ook de Vereniging Openbaar Onderwijs liet van zich horen. We stelden vast dat het belangrijk is dat zo veel mogelijk en liefst álle leerlingen op school worden geconfronteerd met de pluriforme diversiteit van de maatschappij zoals die echt is en dat het ongewenst is dat alle leerlingen een beperkt beeld krijgen voorgeschoteld, omdat een kleine groep sommige onderwerpen ongewenst vindt. Tegelijk stelden we vast dat dit voorkomen heel moeilijk is, dus we deden een dringende oproep. Aan uitgeverijen om hun maatschappelijke verantwoordelijkheid te nemen en hiermee te stoppen, én aan scholen om het criterium in welke mate een methode een reëel beeld van onze diverse maatschappij laat zien, zwaar te laten wegen bij de selectie van nieuwe methodes.
Uitgeverijen zien het zelf niet
Gisteren was er een hoorzitting in de Tweede Kamer. Op verzoek van de topmensen van een aantal uitgeverijen werd gesproken met de leden van de Vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Wie had gedacht dat de dames en heren zich deemoedig kwamen verontschuldigen, kwam bedrogen uit. Ze waren verdrietig. Nee, geschokt. Aangedaan. Ze voelden zich onterecht beschuldigd. Ze herkenden zich op geen enkele manier in het verhaal in de NRC. En ook niet in het relaas van een auteur die zegt geen werk meer te krijgen sinds ze een boekje heeft opengedaan.
Natuurlijk, er wáren wel lijstjes. Directeur Maureen van Bruinessen van Noordhoff -de uitgeverij die jaren geleden al in opspraak kwam omdat die een gekuiste versie van een biologieboek voor het gereformeerd onderwijs had gemaakt- vertelde dat hun lijstje met verboden onderwerpen (waarop ook draken! En tovenaars!) al in 2017 (!) was afgeschaft. Dus mevrouw begreep werkelijk niet waar iedereen zich druk over maakte. Goede kans dat hun methodenmakers (die voor een groot deel zzp’er zijn, dus zeer afhankelijk van de uitgevers), dat lijstje inmiddels kunnen drómen en er ongevraagd voor kiezen mogelijk gevoelige onderwerpen maar links te laten liggen.
De bh werd veranderd in een sok
Haar collega Rimco Spanjer, managing director, van de naar eigen zeggen ‘grootste katholieke schoolboekenuitgever van Nederland’ onderschreef het betoog van Bruinessen. Niks aan de hand. Onheus bejegend. Wel gaf hij nog een interessant voorbeeld dat bij nadere beschouwing duidelijk maakt hoe subtiel de problematiek is. In een van zijn boeken was een illustratie op verzoek aangepast. Een waslijn met een bh die te drogen hing was veranderd in een waslijn met een sok. Want ja, basisschoolkinderen die zouden wel eens kunnen gaan giechelen als ze een bh zagen. En dat was natuurlijk niet de bedoeling, want het ging om een lesboek over taal en dan leidt dat gegiechel maar af. Dit lijkt onschuldig, maar dat is het niet. Het is dezelfde wijn in andere zakken. Met hetzelfde argument zal deze uitgever kiezen voor een plaatje van een heterostel in plaats van een homostel. Want tja, twee vrouwen, dat zou wel eens gegiechel kunnen geven. En zo blijft het onderwijsmateriaal vergeven van stereotiepe beelden.
Burgerschapsonderwijs geef je de héle dag, in élke les
De kern van goed burgerschapsonderwijs is dat de diversiteit van de samenleving in ál het onderwijs terug kan en móet komen. Dus als kinderen bij taalles beginnen te giechelen als ze een bh zien (het is moeilijk voor te stellen, maar goed), dan geeft je dat als goede leerkracht een mooie aanleiding om daar even een gesprekje over te voeren. Als je dit niet doet of zelfs niet wilt, maar burgerschapsonderwijs voorbehoudt aan lessen wereldoriëntatie bijvoorbeeld, dan sla je als school de plank echt mis. En uitgeverijen die willen proberen gegiechel te voorkomen doen dat al helemaal. Daarom nogmaals de oproep aan scholen (de eerdere oproep aan uitgeverijen blijkt in dorre aarde te vallen): maak van de mate waarin een methode de diversiteit van mensen en van de samenleving zichtbaar maakt een belangrijk criterium als je nieuwe methodes gaat selecteren. Uiteindelijk is de school verantwoordelijk en als die verantwoordelijkheid genomen wordt, zullen de uitgeverijen vanzelf volgen. Want dat het hen alleen om geld gaat is inmiddels helaas wel duidelijk geworden.
Marco Frijlink is de voorzitter van de VOO en is verantwoordelijk voor het goed functioneren van de vereniging.
Door: Nationale Onderwijsgids / VOO