De PO-Raad noemt het "hartstikke goed nieuws" dat de Tweede Kamer de lonen van basisschoolleraren wil verhogen. Ook de Algemene Onderwijsbond (AOb) noemt het "fantastisch dat er nu eindelijk geld is". Voor de bond kwam het besluit "volkomen onverwacht". Het parlement besloot er in de nacht van donderdag op vrijdag toe.
De Kamer wil 500 miljoen euro besteden aan het verhogen van de lonen in het basisonderwijs. Dat ziet de PO-Raad - die de basisscholen vertegenwoordigt - als een "serieuze manier om iets te doen aan het dichten van de kloof tussen de salarissen van leraren in het basis- en het voortgezet onderwijs", aldus een woordvoerster. Om de salarissen helemaal gelijk te trekken is volgens de raad 900 miljoen euro nodig. "Maar dit is wel een belangrijke stap in het aantrekkelijker maken van het beroep. En dat is weer essentieel in het oplossen van het lerarentekort." Ook de AOb wijst erop dat het bedrag niet toereikend is. Bestuurder Thijs Roovers: "Die 500 miljoen is nog niet voldoende om de kloof te dichten, maar we komen over de helft. De kop is eraf."
Resultaat meerdere acties en stakingen
De AOb ziet het voornemen van de Kamer als een direct resultaat van meerdere acties en stakingen in het onderwijs van de afgelopen jaren. Volgens Roovers is het "duidelijk dat de maatschappelijke druk over de problemen in het onderwijs te groot is geworden."
Meer aandacht voor ondersteunend personeel
De PO-Raad wijst er verder op dat het geld niet alleen naar leraren, maar ook naar schoolleiders en ondersteunend personeel moet gaan. De AOb vindt dat er sowieso meer aandacht moet komen voor ondersteunend personeel in het onderwijs. "Voor extra handen in de klas, voor de veiligheid op school, voor een goede administratie en een goede ICT zijn ondersteuners onontbeerlijk. Ook zij maken de school. En ook zij hebben te maken met toenemende werkdruk en een onderwaardering van hun werk."
Door: ANP