De evaluatiemethode van minister Asscher van Sociale Zaken voor de Wet werk en zekerheid (Wwz) is niet goed opgezet. Hierdoor kunnen de gevolgen van de flexwet niet goed inzichtelijk worden gemaakt. Dit blijkt uit een vertrouwelijk advies van het Bureau Onderzoek en Rijksuitgaven (BOR) aan de Tweede Kamer, dat in handen is van de Volkskrant.
Het doel van het evaluatievoorstel is om inzicht te geven in de effectiviteit en de efficiëntie van de veranderingen die ontstaan zijn door invoering van de flexwet. Het onderzoeksbureau vindt de onderzoeksvragen vaag en stelt dat “de opzet van de evaluatie nauwelijks inzicht biedt in doeltreffendheid en geen inzicht in de doelmatigheid van de Wwz”.
Woensdag werden de eerste gevolgen van de nieuwe flexregels en het ontslagrecht besproken in de Tweede Kamer. De Wwz is op 1 juli 2015 ingegaan. De problemen die zijn ontstaan door de nieuwe flexwet in het onderwijs en het amateurvoetbal werden aangekaart. Deze problemen worden de komende periode door Oud-FNV-voorzitter Lodewijk de Waal geïnventariseerd. Daarnaast is hij aangesteld om te bemiddelen bij oplossingen.
Minister Asscher vindt dat scholen hun problemen binnen de bonden en schoolbesturen moeten bespreken. Hij vindt het jammer dat de media worden gebruikt als platform voor problemen.
© Nationale Onderwijsgids
