Normal_copyright_stockfreeimages_mishandeling_kind_knuffel_

Pedagogisch medewerkers blijken onvoldoende kennis te hebben om signalen van kindermishandeling adequaat te herkennen. Ook lijken zij ontoereikende vaardigheden te hebben om de meldcode te gebruiken en om vermoedens met ouders op een open en respectvolle manier te bespreken. Dat blijkt uit onderzoek van Elianne Damen aan de Universiteit Utrecht. Dat melden Universiteit Utrecht en Vakblad Vroeg.

Kindermishandeling kan ernstige korte- en langetermijngevolgen hebben. Eerder onderzoek is voornamelijk gedaan naar de rol van leerkrachten en jeugdhulpmedewerkers in het signaleren van kindermishandeling. Damen deed daarom onderzoek onder pedagogisch medewerkers. Doel van het onderzoek was inzicht krijgen in de kennis, vaardigheden en attitude van pedagogisch medewerkers als het gaat om het signaleren van kindermishandeling. Op basis van het inzicht worden verbeterpunten geformuleerd.

Uit het onderzoek blijkt dat de respondenten angst ervaren om ouders vals te beschuldigen en onzekerheid bij het bespreken van vermoedens. Daarnaast blijken ook de normen en waarden van de pedagogisch medewerkers een rol te spelen. Deze kunnen namelijk veroorzaken dat een signaal niet als mogelijke kindermishandeling wordt gezien.

Om de handelingsverlegenheid te verminderen zouden de pedagogisch medewerkers herhaaldelijke scholing moeten krijgen. Deze scholing zou vooral gericht moeten zijn op het herkennen van signalen van kindermishandeling, toepassen van de meldcode en trainen van gespreksvaardigheden. De verkregen inzichten uit dit onderzoek kunnen bijdragen aan de versterking van kinderopvangorganisaties bij de preventie en aanpak van kindermishandeling.

Door: Redactie Nationale Onderwijsgids