De groei van het aantal kinderen in de kinderopvang is volgens hoogleraar kinderopvang Ruben Fukkink van de UvA positief. Volgens hem is van het idee dat kinderen door opvang thuis minder goed gehecht worden tegenwoordig geen sprake meer. Opvang zorgt er juist voor dat er veel wordt geleerd en dat kinderen zich goed ontwikkelen. Dat meldt RTL Nieuws.
Eerder deze week werd bekend dat kinderdagverblijven het afgelopen jaar niet alleen meer kinderen telden, kinderen maken ook langer gebruik van de opvang. Fukkink zegt dat ouders hun jonge kinderen al na drie maanden naar de kinderopvang kunnen brengen. Vooral de aspecten samen werken, sociale vorming en taalontwikkeling zijn volgens de hoogleraar enorm in het voordeel vergeleken met kinderen die niet naar de opvang gaan.
Of ouders ervoor kiezen voor opvang via een kinderdagverblijf of gastouders is volgens Fukkink helemaal hun eigen keuze, waarbij hun eigen gevoel voorop moet staan. Voor het kind maakt het niet uit welk van deze twee soorten opvang het krijgt.
Wat wel uitmaakt is het aantal uur dat een kind per week doorbrengt op de opvanglocatie. Acht uur is volgens de hoogleraar te weinig voor een goede ontwikkeling en vijf dagen weer te veel. Hij adviseert ouders om hun kind 16 tot 32 uur per week kinderopvang te laten krijgen. Daarbij benadrukt hij dat het welzijn van de kinderen voorop moet staan. Niet alle kinderen hebben baat bij evenveel uur.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids
