Aanleiding
In Nederland wonen veel mensen die verschillen in etniciteit, cultuur en religie. Dit brengt een groeiende diversiteit aan normen en waarden met zich mee. Professionals hebben regelmatig te maken met situaties waarin deze met elkaar lijken te botsen. Zij ervaren dan een moreel dilemma. Want welke waarden en normen zijn dan leidend voor ze? Hoe te handelen in zo’n situatie?
Voorbeelden van morele dilemma’s in de praktijk:
- Een collega maakt voortdurend grappen met een racistische ondertoon over een groepje jongeren dat jij begeleidt. Zeg je er iets van?
- Met een groep jongeren is er een bezoek aan een moskee en een synagoge gepland. Twee jongeren roepen stellig dat ze van hun geloof niet een synagoge mogen betreden. Ze weigeren mee te gaan.
Wat doe je als docent?
Een ondergeschoven kindje
Het openlijk bespreken van deze dilemma’s is een ondergeschoven kindje. Onderzoek toont aan dat professionals relatief vaak niet weten hoe zij bij morele dilemma’s het beste kunnen handelen. Hierdoor handelen zij regelmatig niet of op een manier waarbij zij zich niet prettig voelen. De professional kan zich daardoor onzeker voelen. Overleggen en afstemmen met een collega kan helpen, maar in de praktijk is daar vaak geen tijd voor. De situatie vereist dat de professional direct moet handelen. Ook is er een drempel om dit te bespreken met elkaar, door de gevoeligheden bij morele dilemma’s en de angst voor de oordelen van de ander.
Koppen uit het zand
De Struisvogel Sessie biedt een oplossing om de koppen uit het zand te halen. Door met concrete stappen het gesprek met collega’s aan te gaan, verlaag je als sociaalwerker en onderwijsprofessional deze drempel. Je gaat op zoek naar een gezamenlijke aanpak waar je op momenten dat je onzekerheid ervaart op kan terugvallen. Je kijkt daarbij ook welke kaders mogelijk al houvast bieden. Zo professionaliseer je jouw aanpak in werksituaties met morele dilemma’s.
Meer informatie is
hier te lezen.
Door: Nationale Onderwijsgids