Meisjes doorlopen het onderwijs soepeler dan jongens. Ook in het hoger onderwijs doen jonge vrouwen het doorgaans beter dan jonge mannen. Jongens zouden vaker speciaal onderwijs volgen en verlaten vaker voortijdig het onderwijs. Echter, op de arbeidsmarkt zijn de rollen omgekeerd. Zo werken jonge mannen vaker voltijd, waarmee hun inkomen mede hierdoor gemiddeld hoger is. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
In het onderwijs blijkt dat jongens vaker ondersteuning nodig hebben dan meisjes. In het speciaal onderwijs zitten bijna drie keer zoveel jongens als meisjes. Het verschil is het grootst in het onderwijs voor kinderen met ernstige ontwikkelings- en gedragsstoornissen (cluster 4). Qua score op de Cito-toets blijken de resultaten vrijwel gelijk, maar in het voortgezet onderwijs doen meisjes vaker dan jongens havo of vwo. Ook volgen meisjes vaker een opleiding in het hoger onderwijs dan jongens en ze studeren ook sneller af.
Uit de deelscores van de Cito-toets blijkt ook dat jongens op jonge leeftijd beter zijn in rekenen en meisjes in taal. Volgens het CBS kiezen jongens in het voortgezet onderwijs en hierna vaker voor een exacte studie. De belangstelling onder meisjes voor deze studies is de afgelopen jaren wel toegenomen.
Jonge mannen tussen 15 en 27 jaar, die geen onderwijs meer volgen, hadden bijna even vaak werk als jonge vrouwen; achtereenvolgens 80 procent en 78 procent in het eerste kwartaal van 2015. Wel werken mannen bijna twee keer zo vaak voltijd dan hun vrouwelijke leeftijdsgenoten: 71 tegenover 37 procent. Mede hierdoor ligt het inkomen van jonge mannen met 21 duizend euro op jaarbasis hoger dat van onder jonge vrouwen (17 duizend euro). Het gevolg hiervan is dat er meer jonge mannen economisch zelfstandig zijn dan jonge vrouwen.
© Nationale Onderwijsgids
