In het kofferproject krijgen vwo-leerlingen dagboeken en een koffer vol spullen mee. Daarmee bereiden ze samen met Pabo-studenten een lessenserie voor eerstejaars vmbo-leerlingen voor. Eén van hen is Bente (19), die op het Montessori Lyceum in haar examenjaar zit. Met twee medeleerlingen besloot ze een lessenserie voor te bereiden over de Razzia van Rotterdam.

 

“Van Museum Rotterdam ‘40-’45 NU kregen we voorwerpen die we in de koffer deden, zoals een knijpkat, een bevel dat mensen zich moesten melden om te werken in Duitsland, een Duitse helm en een donker geschilderd licht. Daarmee moesten de vmbo-leerlingen een kort toneelstuk van één minuut maken. Dat hebben ze heel goed gedaan.”

 

Balk: “Wat daar in de klas gebeurde was zo mooi. Ze hadden zich echt ingeleefd. Ze snapten ineens wat het is om te worden ondervraagd met een mitrailleur op je gericht." Een andere opdracht was dat de vmbo-leerlingen een brief schreven alsof ze na de razzia een brief aan het thuisfront schreven. "Ze schreven dat ze in Duitsland zaten en vroegen het thuisfront: pas goed op mijn Nintendospel.”

 

Bente vindt het belangrijk dat jongeren op deze manier worden betrokken bij ons verleden. “Normaal is de oorlog een verhaal uit een geschiedenisboek, maar nu komt het echt tot leven. Je gaat beseffen wat vrijheid is”, vertelt de vwo-leerling. Louisa Balk hielp de leerlingen met het onderzoek naar bronnen uit het Stadsarchief. “Ze gaf ons ook dagboeken. Een jongen schreef een brief aan zijn zus. Die jongen was maar een paar jaar ouder dan de vmbo-leerlingen. En ook zij hebben vaak broers en/of zussen. Het wordt daarmee heel persoonlijk.”

 

Balk hoopt vooral dat jongeren lessen leren uit het verleden. “Het allerbelangrijkste voor mij is dat ze leren dat we een democratie zijn, hebben en vormen. En dat het ontzettend belangrijk is om dat gevoel van vrijheid te koesteren.”