Per 1 januari 2017 hebben de Universiteit en Hogeschool van Amsterdam elk weer een eigen College van Bestuur. Op 31 oktober heeft het huidige College van Bestuur de drie belangrijkste elementen vastgesteld voor het bestuurlijke ontvlechten van de UvA en HvA. Zo worden verschillende stafonderdelen ontvlochten en moet de gemeenschappelijke dienstverlening behouden en geoptimaliseerd worden. Dat meldt UvA.
Sinds 2003 werken de hogeschool en universiteit samen onder één College van Bestuur. Onlangs bleek uit onderzoek van de adviesbureaus Berenschot en Deloitte dat ze bestuurlijke samenwerking nauwelijks meerwaarde heeft gehad. Op basis van de rapporten gaf het College van Bestuur aan de voorkeur te geven aan het beëindigen van de personele unie, en het behouden van de samenwerking op het gebied van de gemeenschappelijke dienstverlening. In september en oktober heeft het bestuur hierover gesproken met decanen, directeuren, medezeggenschapsorganen, medewerkers en studenten van de hogeschool en universiteit. Belangrijkste conclusie van die gesprekken is dat er veel draagvlak is voor het beëindigen van de bestuurlijke samenwerking.
Het college heeft besloten te kiezen voor het scenario waarin gemeenschappelijk dienstverlening blijft bestaan en wordt doorontwikkeld om efficiency- en kwaliteitsvoordelen te realiseren. De meeste stafonderdelen die nu een gezamenlijke opdracht of aansturing hebben worden ontvlochten.
Het voorgenomen besluit dat het bestuur nu heeft genomen moet nog wel worden voorgelegd aan de medezeggenschapsorganen van de hogeschool en universiteit. Die hebben maximaal 6 weken de tijd om hun reactie te geven.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids