Minder studenten van buiten de Europese Unie (EU) kiezen er mogelijk voor om na hun studie in Nederland te blijven wonen en werken. Dat blijkt uit een enquête onder 608 internationale studenten, uitgevoerd door Nuffic, de Nederlandse organisatie voor internationalisering in het onderwijs. De uitkomsten laten zien dat niet-EU-studenten veel minder vaak dan voor de coronacrisis van plan zijn een verblijfsvergunning aan te vragen. Ook zijn internationale studenten door de coronacrisis negatiever over hun carrièremogelijkheden in Nederland. Dit meldt Nuffic.
De ondervraagde studenten zijn recent afgestudeerd, of gaan dat binnenkort doen. De studenten zijn gevraagd in hoeverre ze van plan zijn om na hun studie te blijven wonen en werken in Nederland. Minder internationale studenten willen nu in Nederland blijven wonen en werken dan voor de crisis, al is de daling licht. Voor de crisis wilde 57,3 procent van de groep in Nederland blijven, inmiddels nog 53,5 procent.
Studenten van buiten de EU
Vooral studenten van buiten de EU lijken in toenemende mate af te zien van een langer verblijf in Nederland na het afronden van hun studie. Voor de crisis gaf 72 procent van die groep aan van plan te zijn een verblijfsvergunning aan te vragen voor een langer verblijf in Nederland; momenteel is dat 56 procent. Zonder verblijfsvergunning is het voor studenten van buiten de EU niet mogelijk in Nederland te blijven en hier aan het werk te gaan.
Nederlandse economie
Internationale studenten zijn van grote waarde voor de Nederlandse economie. Toch geven internationale studenten steeds vaker aan dat hun carrièremogelijkheden van negatieve invloed zijn op een langer verblijf in Nederland. Iets meer dan een kwart van de respondenten (28 procent) zag voor de coronacrisis carrièremogelijkheden als een negatieve invloed op wonen en werken in Nederland, inmiddels is dit opgelopen tot 44 procent.
Dit heeft mogelijk ook gevolgen voor de Nederlandse economie. Een studie van het Centraal Planbureau (CPB) uit 2019 toont aan dat een student van buiten de EU een flinke netto bijdrage heeft aan de Nederlandse schatkist: 68.500 euro voor een hbo-student, 96.300 euro per wo-student. Ook studenten van binnen de EU leveren meer op dan ze kosten, namelijk 5.000 euro (hbo-student) en 16.900 euro (wo-student). Internationale studenten zijn daarnaast gewild op de arbeidsmarkt.
Door: Nationale Onderwijsgids