Dekker presenteerde in maart een plan, waarin hij scholen verplicht pesten aan te pakken. De staatssecretaris is echter niet van plan vanuit het ministerie van Onderwijs een methode op te zetten, gaf hij dinsdag aan. "Wij maken geen methodes hier. Wat we wel kunnen doen is toetsen of bepaalde methodes werken in het Nederlandse onderwijs."

In Nederland is nog niet veel onderzoek gedaan naar welke methodes goed werken en welke niet. Daar moet van Dekker aan worden gewerkt. Uiteindelijk moet daaruit een lijst komen van meerdere effectieve manieren om pesten aan te pakken.

Hoe langer die lijst is hoe beter, zei Dekker. "Ik wil niet dat er maar een of twee methodes zijn die scholen kunnen gebruiken. Scholen moeten de vrijheid hebben om een methode te kiezen die past in de eigen onderwijsfilosofie." Scholen die denken dat hun aanpak goed werkt, kunnen dat aangeven.

Onder meer D66 en PvdA gaven aan te vinden dat Dekker lef toont met zijn plan. Toch waren er ook kritische woorden te horen. CDA'er Michel Rog sprak van 'staatsonderwijs' omdat voor scholen zou worden beslist welke methode ze wel en niet mogen kiezen. "Dat stoort me buitengewoon."

Zijn ChristenUnie-collega Joël Voordewind was het niet met Rog eens. "Ik zag juist geen dictaat van de staatssecretaris." De benadering van Dekker noemt Voordewind 'evenwichtig'.

De onderwijsinspectie moet een school op de vingers gaan tikken als niets wordt gedaan met bekende pestkoppen, staat verder in het plan. Dekker gaf daarover aan dat de inspectie volgens hem hiervoor niet meer mankracht nodig heeft. Momenteel controleert de inspectie vooral of scholen wel een veiligheidsbeleid hebben, waarin veelal een aanpak van pesten is meegenomen. De inspectie moet volgens Dekker echter op een andere manier gaan controleren door te kijken op scholen wat er gebeurt in de klas.

Verder vindt Dekker het goed als scholen een vertrouwenspersoon hebben. De meeste scholen hebben dat al, gaf de staatssecretaris daar wel bij aan.