Steeds meer flexkrachten gaan aan het werk in de metaalsector na het afronden van een bbl-opleiding (beroepsbegeleidende leerweg). In 2012 startten de opleidingsfondsen in de metalektro en de metaalbewerking en het opleidingsfonds van de uitzendbranche (STOOF) een tweejarig project waarbij flexkrachten de mogelijkheid kregen om een reguliere bbl-opleiding in de metaal te volgen. Dit meldt STOOF.
285 leerling flexkrachten namen in de periode juli 2012 tot oktober 2014 deel aan een tweejarig project dat de opleidingsfondsen (A+O Metalektro, OOM en STOOF) gezamenlijk hebben ondernomen. Niet alleen jongeren genoten de opleiding ook oudere flexkrachten kregen de gelegenheid een bbl-traject te volgen.
Van de 75 leerlingen die het project inmiddels hebben afgerond, heeft bijna 60% het diploma gehaald. Eveneens 60% werkt nog in de techniek en voor het merendeel in het leerbedrijf waar ze de opleiding hebben gevolgd. Het project voldoet aan de verwachtingen van de leerling-flexkrachten. Het project vergroot hun kansen op de arbeidsmarkt. Ruim driekwart van de leerling-flexkrachten zegt dat ze voldoende gelegenheid krijgen om het vak onder de knie te krijgen en nieuwe dingen leren in de leerwerkplek. Een derde van de leerlingen heeft aangegeven dat zij nooit voor de metaal hadden gekozen als zij niet in dit project hadden deelgenomen.
Het grootste deel van de metaalbedrijven neemt de leerling-flexkracht na afloop van de opleiding in dienst. Veel metaalbedrijven hebben extra opleidingscapaciteit gecreëerd voor leerling-flexkrachten aanvullend op de reguliere opleidingscapaciteit. Ook de flexorganisaties geven aan dat de opleiding een goede investering is en dat de leerlingen goede perspectieven op een baan hebben. De metaalbedrijven geven aan ont zorgt te worden in de begeleiding, de contacten met scholen, de administratie en de werving en selectie van de juiste leerlingen.
© Nationale Onderwijsgids
