In de afgelopen jaren zijn er verschillende ontwikkelingen geweest die risicovol spelen belemmerd hebben. Een daarvan is de ontwikkeling van ‘intensief ouderschap’ (helikopterouders). Ouders zijn alert bij het oplossen van problemen en teleurstelling van hun kinderen. Dit doen ze om hun kind tot volle potentie te brengen. Zo laten ouders ook hun kinderen zoveel mogelijk aan georganiseerde activiteiten en sporten deelnemen waardoor er minder tijd over is voor vrij spelen. Daarnaast is de heersende gedachte dat je kinderen moet beschermen tegen risico’s. Dat meldt VeiligheidNL.
Toch is het juist heel belangrijk om kinderen risicovol te laten spelen. Lekker laten stoeien, hoog klimmen, hard rennen en flink laten botsen. Ze leren hierdoor risico’s beter inschatten. Daarnaast wordt een kind zelfbewuster, onafhankelijker en gezonder, zowel mentaal als fysiek. Zo blijkt uit internationaal wetenschappelijk onderzoek.
Leren van je fouten
En het klopt dat bij risicovol spelen er wel eens een bult of schaafwond komt kijken. Maar dat is helemaal niet erg. Sterker nog, dat is juist positief voor kinderen. Een kind leert namelijk door zijn eigen fouten. Een kind zal dit meenemen bij een volgende ervaring en bedenkt nieuwe oplossingen. Het kind leert elke keer weer bewust te kiezen of het een bepaald risico wel of niet moet nemen. Het kan zijn dat het kind beseft dat het die ene uitdaging (nog) niet moet aangaan, omdat het dat nog niet kan. Of het beseft zich juist dat de omstandigheden er niet naar zijn (want het is alleen, het is glad, enzovoort). Zo wordt de kans op verwondingen kleiner, nu en in de toekomst.
Het is belangrijk dat we als maatschappij samen het goede voorbeeld geven: fouten maken hoort bij het leven, fouten maken is winst.
Door: Nationale Onderwijsgids