Drie hoogleraren zijn uit de adviescommissie Bureau Kwaliteit Kinderopvang (BKK) gestapt. Op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken beoordeelden zijn scholingsmethoden voor gastouders en pedagogisch medewerkers van kinderdagverblijven. Hun advies over de cursussen werd deels niet opgevolgd. Dit meldt NRC Handelsblad.
Het BKK heeft als opdracht de kwaliteit van de kinderopvang in Nederland te bewaken en te verbeteren. Het Bureau kreeg van het ministerie van Sociale Zaken de opdracht offertes te beoordelen van cursusmethodes voor het verbeteren van de taal- en interactieve vaardigheden van gastouders en pedagogisch medewerkers.
De hoogleraren Louis Tavecchio en Ruben Fukking van de Universiteit van Amsterdam en Ron Oostdam van de Hogeschool van Amsterdam waren lid van de commissie die de trainingen onderzochten. Volgens hen heeft het ministerie tegen hun advies in gekozen voor methodes waarvan de effecten niet bewezen zijn en de resultaten achteraf niet te meten. Daarop trokken de drie wetenschappers zich terug als adviseur van het BKK.
Volgens Ron Oostdam werd de lijst met de volgens hen beste programma's door het BKK zodanig aangepast dat een goedkopere, maar veel minder goede, methode bovenaan kwam te staan. Volgens Carla Bieneman van BKK werd de “kwalitatieve rangorde” van de lijst veranderd omdat het ministerie ook “prijstechnische criteria” hanteert.
Tweede Kamerlid Pieter Heerma van de CDA wil vandaag een debat aanvragen met minister Asscher van Sociale Zaken. In de Kamer is al langer discussie over de kwaliteit van de kinderopvang en ook over de onafhankelijkheid van het BKK. “Als gezaghebbende wetenschappers opstappen uit het bureau is dat een signaal dat we als politici heel serieus moeten nemen”, reageert Heerma. “Het gaat om de kwaliteit van de opvang waar we onze allerkleinste kinderen naartoe brengen.”
© Nationale Onderwijsgids
