Het stadsbestuur in Amsterdam wil meer doen om basisschoolleerlingen hun zwemdiploma te laten halen. Er zijn volgens de gemeente extra maatregelen nodig om te voorkomen dat kinderen zonder diploma de basisschool verlaten. Schoolzwemmen en een speciale spoedcursus moeten het zwemniveau omhoog tillen. Dat meldt het AD.
De stadsdelen Zuidoost, Nieuw-West en Noord kennen relatief grote achterstanden wat betreft zwemvaardigheid en scoren lager dan het gemiddelde op het aantal behaalde zwemdiploma’s. Het doel voor deze drie stadsdelen is om het aantal kinderen dat hun zwemdiploma haalt op te schroeven naar 95 procent. Vergeleken met het huidige percentage is dat een groei van ongeveer 15 procent. Het plan voor deze extra maatregel is door wethouder Eric van der Burg onlangs voorgelegd aan de commissie Zorg & Sport.
Een gebrek aan geld als gevolg van de financiële crisis lijkt de voornaamste reden te zijn waarom Amsterdamse kinderen de afgelopen jaren hun zwemdiploma niet haalden. Tegenwoordig lijkt de stijgende lijn weer ingezet te zijn. Om die verantwoordelijkheid niet geheel bij de ouders te laten liggen, heeft de gemeente Amsterdam een aantal jaren geleden al het schoolzwemmen ingevoerd. Daarvan maakt nu circa 60 procent van de basisscholen in de hoofdstad gebruik. Op scholen die hier niet voor gekozen hebben, is het aantal behaalde zwemdiploma’s beduidend hoger.
Voor kinderen die ondanks het schoolzwemmen nog steeds moeite hebben met zwemmen is er daarnaast een zogenaamde vangnetcursus. Kinderen die extra les nodig hebben, kunnen deze spoedcursus tijdens de zomervakantie gratis bijwonen. Daarbij is de aanwezigheidsplicht de stok achter de deur, want blijven de kinderen afwezig, dan kost de cursus 100 euro. Omdat de instapniveaus bij deze cursus echter lang niet gelijk blijken te zijn, wil de gemeente Amsterdam deze cursussen vanaf nu ook tijdens overige schoolvakanties invoeren. De beoogde 95 procent moet op die manier weer een stapje dichterbij komen.
Door: Redactie Nationale Onderwijsgids
