Normal_afbeelding_2025-03-14_094242207

Hoe zorg je ervoor dat onderwijs beter aansluit bij de behoeften van kinderen? Hoe geef je betekenis aan onderwijs anders organiseren? Hoe zorg je voor een doorgaande lijn van het didactisch handelen in de school? Als adviseur, trainer en coach focust Sandra Loos, netwerkpartner van KPC Groep, zich sterk op ontwikkel- en veranderprocessen in met name po- en so-scholen. Vanuit welk perspectief doet ze dat en wat is haar aanpak bij maatwerk ondersteuning van scholen? Een gesprek over de ‘vlieg op de muur’, inzichten uit de antropologie en vertrouwen en veiligheid als sleutelvoorwaarden voor school- en onderwijsontwikkeling.

Sandra Loos begon haar carrière als leerkracht in het primair onderwijs, in de dynamische omgeving van Rotterdam-Zuid. “Dat was een omgeving met veel culturen, veel diversiteit en ook veel uitdagingen. Daar heb ik geleerd hoe belangrijk het is om goed te kijken, te luisteren en aan te sluiten bij wat mensen nodig hebben”, vertelt ze.

Die ervaring als leerkracht en de inzichten die ze later in haar loopbaan verwierf als locatieleider en stafmedewerker onderwijs bij een groot schoolbestuur komen haar uitstekend van pas als adviseur, trainer en coach. Ze kent de verschillende lagen van een schoolorganisatie en weet hoe het is om voor de klas te staan. Ook weet ze wat schoolleiders bezighoudt en welke uitdagingen er in de bestuurskamer op tafel liggen.

We spreken Sandra tussen de bedrijven door. Later deze ochtend gaat ze naar een basisschool om een studiebijeenkomst voor te bereiden. Alle scholen die ze begeleidt hebben één ding gemeen: ze willen hun ambities werkelijkheid laten worden en altijd moet er iets in beweging worden gebracht. Wat Sandra meebrengt is een groot repertoire aan kennis, onderwijs- en levenservaring en interventies. Ook zelf blijft ze volop in ontwikkeling. Daarover zal ze later meer vertellen.

Passende benaderingen vinden voor ontwikkelvraagstukken. Daarbij besteedt Sandra veel aandacht aan betrokkenheid en gezamenlijke betekenisverlening. Dat is nodig om ‘de neuzen dezelfde kant op te krijgen, vertelt ze. Altijd vanuit één hoger doel: het moet iets waardevols opleveren voor de leerling, de leerkracht en het team. Een ontwikkel- of verandertraject ziet Sandra niet als een lineair proces. Wél als een reis waarin soms nieuw voortschrijdend inzicht kan ontstaan. Dat maakt elk traject in zekere zin uniek. “Wat op school A werkt, betekent niet dat het zo ook op school B zal werken.”  

Kun je in hoofdlijnen duidelijk maken hoe je te werk gaat?

“Wanneer ik een school binnenkom, stap ik niet direct in de actiemodus. Ik begin altijd met observeren. Ik ben dan als een vlieg op de muur, wandel rond, luister en kijk. Hoe praten mensen met elkaar? Hoe verlopen de informele gesprekken in de teamkamer? Wie zijn de formele en informele leiders? Waar liggen de kansen en uitdagingen? Dit geeft me een eerste beeld van de dynamiek binnen de school.”

“Ik start mijn trajecten vaak met een meeloopdag. Dan kijk ik hoe dingen worden gedaan, niet alleen in het klaslokaal, maar ook daarbuiten. Hoe wordt er gesproken over leerlingen? Hoe verhouden teamleden zich tot elkaar? Wat is de sfeer? Vaak zit er veel waarde in de gesprekken die je opvangt bij de koffieautomaat. Die geven inzicht in de cultuur van de school en de onderliggende patronen.”

“In deze eerste fase stel ik veel vragen, maar niet om direct met oplossingen te komen. Ik probeer te achterhalen wat de logica is achter bepaalde keuzes. Wat zien de teamleden zelf als de kern van hun werk? Welke gewoontes en overtuigingen sturen hun handelen? Mijn rol is niet om direct te oordelen, maar om scherp te krijgen hoe de school functioneert en wat er nodig is om vooruit te komen.”

“Naast observeren ga ik in gesprek. Niet alleen met de schoolleiding, maar juist ook met de mensen op de werkvloer. Wat beweegt hen? Waar lopen ze tegenaan? Waar zien zij kansen? Ik probeer altijd het totaalplaatje te begrijpen en verschillende perspectieven in kaart te brengen. Vaak is het waardevol om zowel de blik van de schoolleider als die van de overige teamleden naast elkaar te leggen: waar zitten overeenkomsten, maar vooral ook waar wringt het?”

“Mijn aanpak is altijd contextgericht. Ik geloof niet in een vaste blauwdruk, omdat elke school anders is. Daarom pas ik mijn methodieken aan op wat ik zie en hoor. Ik verzamel inzichten en bespreek die met de school, zodat we samen een plan kunnen maken dat echt aansluit bij hun situatie. De kracht van mijn werk zit denk ik in het kijken, luisteren en vervolgens de juiste beweging doelgericht op gang brengen. Dat is wat ik ook vaak terug hoor bij evaluaties.”

Je blijft als professional ook zelf in ontwikkeling. Zo volg je momenteel een leergang corporate antropologie. Gebruik je antropologische principes in je werk?

“Ik ben altijd gefascineerd geweest door hoe groepen zich gedragen en hoe patronen zich ontwikkelen binnen organisaties. Die interesse heeft me ertoe gebracht om een leergang antropologie te volgen. Het helpt me om nog bewuster te kijken naar groepsdynamiek, rituelen en ongeschreven regels. In mijn werk als onderwijsadviseur gebruik ik die inzichten om scholen beter te begrijpen en verandering op gang te brengen. Wanneer ik een school binnenkom, zie ik een organisatie niet alleen als een structuur met regels en protocollen, maar als een stam met eigen gewoontes, tradities en verhalen. Dit inzicht haalde ik onder andere uit De Corporate Tribe, een boek dat me enorm inspireerde. Het laat zien hoe mensen binnen een organisatie functioneren en hoe gedeelde verhalen, rituelen en groepsdynamiek een grote rol spelen bij verandering.”

“Het begrip van die groepscultuur is essentieel. Je kunt een team niet zomaar vertellen dat ze ‘anders’ moeten gaan werken. Eerst moet helder worden waarom bepaalde patronen bestaan en wat ze in stand houdt. Daarom stel ik vaak de ‘waarom-vraag’: waarom willen jullie deze verandering? Waarom doen jullie dingen zoals jullie ze doen? Als die vragen niet worden beantwoord, blijft verandering oppervlakkig. Verandering begint namelijk niet bij het opleggen van een nieuwe structuur, maar bij het begrijpen van de cultuur die er al is.”

“Antropologie leert me óok hoe belangrijk rituelen zijn binnen een organisatie. Wanneer een school een grote verandering wil doorvoeren, laat ik teams vaak bewust afscheid nemen van het oude. Dit kan symbolisch, bijvoorbeeld door letterlijk een voorwerp of document los te laten en door samen stil te staan bij wat het oude heeft gebracht. Pas als mensen ruimte voelen om het oude los te laten en er afscheid van te nemen, kunnen ze echt naar het nieuwe bewegen.”

Wat doe je als mensen moeite hebben om open met elkaar in gesprek te gaan. Hoe help jij  om een klimaat te creëren waarin mensen zich durven uitspreken en samen stappen kunnen zetten?

 “Het komt inderdaad voor dat teamleden nog niet gewend zijn om vrijuit met elkaar te praten over hun werk. Soms heerst er een cultuur waarin mensen zich terughoudend opstellen, bijvoorbeeld omdat eerdere veranderingen niet goed zijn opgepakt of omdat er angst is om inzichten, ervaring of kennis te delen met elkaar. Mijn eerste stap is dan om de drempel te verlagen en het gesprek op gang te brengen. Ik begin altijd met luisteren. Wat houdt mensen bezig? Wat gaat goed? Waar zit de aarzeling? Ik stel vragen en geef ruimte zonder direct in te vullen of te sturen. Door te laten zien dat alles benoemd mag worden, nodig ik anderen uit om zich ook open op te stellen.”

“Daarnaast zorg ik ervoor dat succeservaringen gedeeld worden. Het helpt enorm als mensen zien dat collega’s ook stappen zetten en dat dit gewaardeerd wordt. Ik laat bijvoorbeeld teamleden in kleine groepjes met elkaar praten over wat al goed gaat en wat ze daar vandaan willen versterken. Wanneer mensen merken dat hun inspanningen erkend worden, groeit het vertrouwen en worden gesprekken opener. Het betekent dat ik soms juist een stap terug doe, zodat het team zelf oplossingen formuleert. Pas als mensen eigenaarschap voelen wordt een open werksfeer makkelijker en natuurlijker.”

“Een andere effectieve aanpak is werken met concrete situaties uit de praktijk. In plaats van te praten over ‘hoe het beter zou moeten’, kijk ik met teams naar wat er daadwerkelijk gebeurt in de klas. Dit kan via lesson study met video-opnames, altijd met als doel om samen te leren in plaats van te beoordelen. Vanuit een gezamenlijke blik op de praktijk ontwerpen we samen een instructiemoment gericht op een schoolontwikkelpunt, bijvoorbeeld het optimaliseren van een doorgaande lijn in het didactisch handelen. De leerkracht voert de ontworpen instructie vervolgens uit, ik film het moment en samen kijken we meteen terug wat de ontworpen instructie heeft opgeleverd. Er  ontstaan dan mooie gesprekken en reflecties over wat gelukt is om de kinderen actief en betrokken te maken en wat anders had gekund.”  

Tot slot. Je bent nu 15 jaar actief als adviseur, coach en trainer. Waaruit haal jij je motivatie en je werkgeluk?

“Mijn werk draait om ontwikkeling. Ontwikkeling van scholen, teams en individuen. Maar ook om mijn eigen ontwikkeling. Ik houd van complexe vraagstukken en zoek steeds naar manieren om beweging te brengen in teams. Hoe kunnen we samen leren en groeien? Hoe zorgen we ervoor dat mensen eigenaarschap nemen over hun ontwikkeling? Dat zijn de vragen die mij drijven en fascineren.”

“Ik geloof oprecht dat de kracht van een school ligt in de mensen die er werken. Daarom richt ik me niet alleen op structuren en methodieken, maar vooral op het team zelf. Hoe werken mensen samen? Wat hebben ze nodig om zich zekerder te voelen in hun rol? Hoe kunnen ze elkaar versterken? Wanneer een team sterker wordt, heeft dat direct impact op de kwaliteit van het onderwijs.”

“Mijn doel is niet om als externe adviseur, coach of trainer een school de les te komen lezen en te vertellen hoe het moet. Ik wil juist teams ondersteunen om zelf stappen te zetten. Dat betekent dat ik niet alleen kennis breng, maar vooral mensen help om met een andere blik naar hun eigen praktijk te kijken. Wat werkt al goed? Wat kan beter? Door die vragen samen te onderzoeken, ontstaan er vaak de meest waardevolle inzichten.”

“Ik ben er sterk van overtuigd dat verandering alleen duurzaam is als de mensen binnen een school het zelf dragen. Daarom is het mijn ambitie om mezelf overbodig te maken. Ik geef teamleden de tools en het vertrouwen om zelf verder te gaan, ook als ik er niet meer bij ben. Dat doe ik door kleine successen zichtbaar te maken, mensen verantwoordelijkheid te geven en hen aan te moedigen om van elkaar te leren. Samen leren en ontwikkelen, als je het allemaal afpelt  is dat de kern van alles wat ik doe. Ik werk graag in trajecten waarin er ruimte is om te experimenteren, om samen te reflecteren en om stap voor stap vooruit te gaan. Mijn ‘rugzakje’ is gevuld met tools, kennis en inhouden om verdieping aan te brengen op diverse inhoudelijke thematieken van schoolorganisaties . Onderwijs is continu in beweging, en juist dat maakt het voor mij zo inspirerend.”

Onderwijsinhoudelijke thematieken waarvoor Sandra als netwerkpartner van KPC Groep wordt ingeschakeld zijn onder meer:

-Optimaliseren van een doorgaande lijn in didactisch handelen in de school

-Vormgeven van handelingsgericht werken in de organisatie

– Vormgeven van het onderwijs anders organiseren; van visie ontwikkeling tot de implementatie van de nieuwe onderwijsorganisatie in de praktijk

-Ondersteunen en begeleiden van organisaties op het gebied van procesbegeleiding en proces/teamoptimalisatie —

-Coaching en training op het gebied van management/leiderschapsontwikkeling en kwaliteitszorg bijvoorbeeld m.b.v. Human Dynamics.

– Lesson study implementeren in de organisatie

-Het voeren van kindgesprekken

Praktijkcase: werken aan een doorgaande leerlijn

Praktijkcase: kindgerichter werken

Praktijkcase: onderwijs anders organiseren